DNYS blog – Lessen van de Boeddha en de Bhagavad Gita: een weg naar innerlijke vrijheid
29 juli 2025
Door Johan Noorloos
Misschien herken je de zoektocht naar betekenis, naar rust, naar een manier om meer thuis te komen in jezelf. Die zoektocht herken ik heel goed. Het is de weg die ik zelf ben gegaan en nog elke dag ga.
Een belangrijk keerpunt in mijn leven was mijn ontmoeting met twee tijdloze inspiratiebronnen: de Bhagavad Gita en het levensverhaal van de Boeddha. Twee verhalen uit verschillende tradities, maar met een verrassend diepe verwantschap. Ze gaven mij richting op momenten dat ik het zelf niet meer wist. En bovenal: ze leerden me dat echte vrijheid vanbinnen begint, in stilte.
In dit stuk deel ik hoe deze twee spirituele bronnen me hielpen te navigeren door het niet-weten en hoe hun wijsheid vandaag de dag nog steeds een kompas is in tijden van twijfel.
De Gita: het moment waarop je niet meer weet
De Bhagavad Gita (letterlijk: ‘Lied van God’) is een klassiek spiritueel geschrift uit India. Het is geschreven in de vorm van een dialoog tussen de krijger Arjuna en zijn gids en wagenmenner, de god Krishna.
Het verhaal begint op het slagveld van de stad Kurukshetra, waar Arjuna overspoeld wordt door twijfel. Hij heeft een plicht te vervullen als krijger, maar komt zo ook tegenover familieleden, leraren en vrienden te staan. Arjuna wordt overmand door verdriet en morele verwarring. Hij laat zijn boog vallen en weet niet meer wat de juiste weg is.
Krishna moedigt hem vervolgens aan om zijn plicht te vervullen als krijger (zijn dharma) en niet te handelen vanuit gehechtheid of ego. Wat volgt is een filosofisch en spiritueel gesprek over de aard van het leven, het zelf, handelen, toewijding en verlichting.
Wat er gebeurt als je stopt met vechten
Er zijn momenten in het leven waarop de geest ophoudt met vechten. Simpelweg omdat het niet meer weet hoe verder te gaan.
Zo zat Arjuna, met zijn boog los in zijn hand, zijn blik vertroebeld door tranen, in het midden van het slagveld. En ergens, in de ruimte tussen de adem en de afgrond, zweeg zijn gids Krishna. Hij wachtte. Want waar de geest de strijd opgeeft, kan waarheid zich beginnen te ontvouwen.
Vooral de eerste zes hoofdstukken van de Bhagavad Gita raakten me diep. In het verhaal van Arjuna, die vastloopt op het slagveld en niet meer weet wat hij moet doen, herkende ik mezelf. Zijn twijfel, zijn verlangen om het goede te doen, zijn innerlijke strijd; het was alsof iemand mijn binnenwereld op papier had gezet.
En dan is daar Krishna, die hem niet veroordeelt, maar rustig begint te spreken. Zijn woorden nodigen uit tot iets wat ik pas later begreep: stop met vechten en luister…
De Boeddha en de moed om te gaan zitten
Ook de Boeddha moest lijden onder ogen komen. Hij werd geboren als Siddhartha Gautama, zo’n 2.500 jaar geleden in het huidige Nepal, als prins in een rijke familie.
Siddhartha groeide beschermd en in luxe op. Maar op een dag verliet hij het paleis en werd voor het eerst geconfronteerd met lijden. Iedere ontmoeting (met een zieke, een oude man en een dode..) raakte hem diep. Voor het eerst besefte hij dat het leven vergankelijk is en dat iedereen lijden ervaart.
Hij besloot daarop zijn comfortabele leven achter zich te laten om op zoek te gaan naar de waarheid achter het menselijk lijden en hoe je je daarvan kunt bevrijden. Toen hij na jarenlang zoeken het antwoord nog niet had gevonden, ging hij onder een boom zitten.
Hij besloot pas op te staan als hij de waarheid had gevonden. Na diepe meditatie ontwaakte hij: hij zag in dat het lijden ontstaat door verlangen en ook hoe het kan ophouden.
“Wanneer de geest stil is, voorbij verlangen, vindt de ziel haar rust in het Zelf.” (Bhagavad Gita 6:20–21)
Meditatie als levenshouding
Wat me raakt in de lessen van Boeddha en de Bhagavad Gita is de moed om te gaan zitten. Om je over te geven. Om niet te vluchten in afleiding, controle of perfectionisme, maar om er gewoon bij te blijven. Precies daar waar het ongemakkelijk is.
Boeddha’s lessen en de lessen uit de Gita over loslaten en aanwezigheid helpen me nog elke dag om dichter bij mezelf te blijven. Meditatie is daarbij mijn basis geworden. Het is een manier van leven geworden. Steeds opnieuw terugkeren naar stilte, naar de adem, naar het hier en nu. Meditatie heeft me geleerd dat ik niets hoef op te lossen om volledig aanwezig te zijn.
Zo begint het echte pad
Het leven spaart niemand in zijn ontwaken. Het ontneemt je dat wat je dacht te weten. En zo begint het echte pad: met overgave. Wanneer je je hoofd buigt voor de storm en ontdekt dat je niet vergaat.
Boeddha zou Arjuna niet vertellen wat hij moest doen. Hij zou hem uitnodigen te zitten. Adem te halen. De rilling in zijn armen te voelen. De aarde onder zijn voeten te voelen. En daar bij te blijven.
Zo ontmoeten Boeddha en Krishna elkaar in stilte. Het moment waarop het zelf niet meer weet en het Zelf zich begint te herinneren.
Daar, op het slagveld van Kurukshetra, begint ook het pad van de Boeddha.
In jou.
In mij.
Voor wie geïnteresseerd is hoe je meditatie kunt gebruiken als pad naar innerlijke vrijheid is er een bijzondere training, waarin Johan, Sijbrand, Mariken en Jentien hun jarenlange ervaring hebben gebundeld: Meditatie tot Zelfrealisatie
Lees ook
Deze prachtige artikelen